Het politieke touwtrekken op de vastgoedmarkt veroorzaakt een neerwaartse spiraal. Nieuwe regelgeving voor woningcorporaties en vastgoedbeleggers, samen met economische uitdagingen, creëren een perfecte storm. Hoogleraar Peter Boelhouwer waarschuwt dat herstel pas vanaf 2026 kan worden verwacht, terwijl de woningmarkt kampt met dringende problemen. In een analyse, op verzoek van NSC-lijsttrekker Pieter Omtzigt uitgevoerd, benadrukt Boelhouwer het gebrek aan een langetermijnvisie en de noodzaak van financiële toewijding van politieke partijen.
Boelhouwer wijst op de huidige problemen in de vastgoedmarkt, zoals een aanzienlijk woningtekort, moeilijkheden voor starters om de markt te betreden, de ongunstige positie van middeninkomens, tekort aan geschikte huisvesting voor ouderen, hoge woonlasten in de huursector, vermogensongelijkheid tussen kopers en huurders, leefbaarheidskwesties in wijken en buurten, achterblijvende verbeteringen in naoorlogse woningen, trage verduurzaming en problemen met funderingen.
Het meest dringende probleem op korte termijn is het groeiende woningtekort. De overheid heeft als doelstelling gesteld om tot 2030 maar liefst 900.000 nieuwe woningen te bouwen. Volgens Boelhouwer wordt deze doelstelling met de huidige regelgeving en financiële ondersteuning bij lange na niet gehaald.
Boelhouwer hekelt vooral de gebrek aan consistentie in het politieke beleid. Er zijn grote veranderingen geweest in de koers van de overheid met betrekking tot vastgoed. Zo gaf voormalig minister Blok (Wonen) zes jaar geleden particuliere investeerders nog een grote rol, terwijl de overheid zich terugtrok en de vrije huursector vergrootte, en de sociale huursector kromp. In het vierde kabinet-Rutte veranderde minister De Jonge het beleid opnieuw, met een sterkere regierol van de overheid, versterking van de sociale huursector, regulering van de vrije huursector en zware belastingen voor particuliere investeerders.
Volgens Boelhouwer is het beleid te snel weer een andere richting opgegaan. Hij benadrukt dat het versterken van de crisis niet de juiste aanpak is en wijst op het belang van een stabiel beleid om de vastgoedmarkt te ondersteunen.
De vastgoedmarkt staat momenteel voor enorme uitdagingen, en herstel wordt pas na 2026 verwacht. Hoogleraar Peter Boelhouwer roept politieke partijen op om een consistente langetermijnvisie te ontwikkelen en de benodigde financiële middelen toe te wijzen. Het ontstane woningtekort is een van de meest urgente problemen die moeten worden aangepakt. Het is cruciaal dat politieke partijen samenwerken om een duurzame oplossing te vinden en de vastgoedmarkt te ondersteunen. Na de verkiezingen is het van groot belang dat een langetermijnvisie en budgetten worden vastgesteld om de vastgoedmarkt te stabiliseren en te laten floreren. Het is een kwestie van nationaal belang om ervoor te zorgen dat de vastgoedmarkt op de lange termijn gezond blijft.
